Op je handen zitten

We genieten van het landje in Loro. Onze hof is een groene leerschool. Ik moestuinier nu een paar maanden. En als beginnende tuinier heb ik al een paar interessante lessen geleerd.

Neem me mee

Alle tuincentra staan in februari al vol met plantjes voor de moestuin. Asturiaanse kool, uien, bietjes, tomaten….. Ze lijken allemaal te smeken: neem me mee. Zodra ik de taaie grassen, zuring en andere kruiden uit de eerste teeltbedden heb gehaald, koersen we naar het tuincentrum. Naar Los Molinos, want daar verkopen ze ecologische plantjes. Ik pak aardbeien en broccoli. Geen tomaten. Nee, daar is het echt nog te vroeg voor. Maar courgettes? Het is natuurlijk pas eind februari. Maar de zon knettert al dagen op onze hof. En alles ontspruit hier eerder. Dit is echt een ander klimaat. Het gaat vast lukken met die courgettes…

De courgetteplanten hebben slappe stengels

Mistroostig

Een paar weken later verlos ik de courgetteplantjes uit hun lijden. Ze groeien geen millimeter. Ik zie ze elke dag verder verkleuren van frisgroen naar vaalgeel. De slappe stengels laten hun verschrompelde blaadjes mistroostig op de grond hangen. Ai, ik heb me aardig verkeken op het klimaat hier. Als de zon in februari schijnt, is het heerlijk. Dan koester ik me aan de weldadige warmte, net zoals de hagedissen op onze tuinmuur. Maar ’s nachts, als ik zelf bij de verwarming zit, zakt de temperatuur in onze hof. Soms tot bijna vriespunt. Ook in april nog. Volgens onze buurtgenoten is april dit jaar kouder en droger dan normaal.

Ik koester de warmte van de zon, net zoals een hagedis

Ongeduldig

Plantjes kopen is leuk. Maar nog leuker is het om zelf je groenten en kruiden te zaaien. Het blijft elke keer een wonder als er uit zo’n klein zaadje een plantje tevoorschijn komt. Zo’n miniem blaadje dat sterk genoeg is om de grond boven zich weg te duwen, op weg naar het licht. De spinazie en tuinbonen die ik half februari zaai, vinden hun weg naar de zon vrij snel. Maar veel groentes die ik iets later zaai, laten lang op zich wachten. Erg lang. Ik tuur ongeduldig in de zaaivakken. Als ik dan eindelijk wat sprietjes zie, twijfel ik of het onkruid is of de gezaaide groente. Ik kijk het een paar weken aan. Als ik dan met mijn zaailijst het resultaat check, valt dat tegen. In ongeveer een derde van de zaaivakken is bijna niets van het zaaigoed opgekomen. Er groeit vooral onkruid.

In veel vakken is bijna niets van het zaaigoed opgekomen

Je moet je nooit haasten

Het is maar goed dat ik niet professioneel teel en van de oogst moet leven. Ik zou meteen failliet gaan. Wat is er misgegaan? Sommige groenten en kruiden heb ik te vroeg gezaaid omdat ik dacht dat je in Asturias alles wel een maand eerder kunt zaaien. Niet dus. Eind februari is voor bijvoorbeeld knolvenkel en basilicum echt te vroeg. Ik had het kunnen weten als ik geluisterd had naar moestuinmeester Frank Anrijs.
In het voorjaar moet je je nooit haasten. Beter enkele weken te laat zaaien en planten dan te vroeg.

Ik heb wormencompost in de teeltbedden gestrooid

Geen lekker bed

Tweede misser is de teeltaarde. Na het weghalen van grassen en kruiden uit de teeltbedden, heb ik er een laag wormencompost op gestrooid. Om de bodem te voeden. Maar veel groenten lijken daar niet echt lekker in te ontkiemen. Te voedselrijk misschien? In ieder geval te droog. Als ik water giet, is de zwarte wormencompost in mum van tijd weer droog als de zon erop schijnt. Het voelt dan echt kurkdroog aan.

Minder onkruid

Gelukkig gaan er ook dingen goed. In de moestuinwereld is mulchen een begrip. Dat betekent dat je de kale aarde bedekt met plantenresten. Daar kun je van alles voor gebruiken, zoals bladeren, stro of smeerwortel. Zelf gebruik ik de houtsnippers, die we van vrienden hebben gekregen. In drie teeltbedden liggen houtsnippers tussen de groenten, in de andere teeltbedden ligt niks. Wat een verschil! Bij de teeltbedden mét mulch hoef ik niet vaak met de gieter langs. Er verdampt nauwelijks water uit deze teeltbedden. Ook groeit hier minder onkruid. Stukken minder. En het onkruid dat sterk genoeg is om door de laag houtsnippers te dringen, verspilt veel kracht. Het is zo zwak dat je het makkelijk uittrekt. Joepie!! Door te mulchen krijg je trouwens ook een beter bodemleven. Dat gaat snel. Onder de houtsnippers wemelt het van de wormen, pissebedden en andere nuttige beestjes.

Ik gebruik houtsnippers als mulch

Blauwe korrels

Helaas zien we in de buurt vaak mensen met een gifspuit op de rug in hun moestuin bezig. Zo verdelgen ze alle onkruid. ‘Mensen zijn tegenwoordig te lui om te wieden’, snuift onze buurvrouw verontwaardigd. Zelf houdt ze niet van gif. Behalve tegen slakken. Om die te weren uit haar moestuin, strooit ze royaal slakkenkorrels. ‘Anders vreten ze alles op. Mijn aardbeien, erwtjes, sla, Asturiaanse kolen. Alles!’ Ook een andere buurvrouw adviseert me toch vooral om blauwe korrels te strooien. Daar gaan alle slakken dood van. Uiteraard ben ik dat niet van plan. Er komt geen gif in onze hof.

Slakken eten zwakke planten

Slakken storten zich niet op elke willekeurige plant, lees ik in een boek van Frank Anrijs. Volgens mijn Vlaamse moestuinmeester ruimen de meeste slakken vooral dode planten op. En planten die zwak zijn. Dat is al een hele geruststelling. Het lijkt me prima als slakken de ‘rommel’ opruimen.
Even een korte toelichting. Een beetje technisch, maar misschien wel interessant voor moestuiniers. Planten zijn voor slakken zwak als ze te veel vrije aminozuren hebben. Van dat probleem kunnen planten last hebben, als ze te veel stikstof krijgen. Ze nemen dan méér stikstof op dan ze kunnen omzetten in eiwitten. Ook slechte groeiomstandigheden kunnen de eiwitopname bij planten blokkeren. Als het te koud is, te nat, er te weinig zonlicht is, etc. Voor slakken zijn planten met vrije aminozuren fastfood. Die kunnen lekker makkelijk verteren. Daarom herkennen slakken deze planten al van verre.

Kampioen luizeneter

Hou je in als je plaagdieren op je groenten ziet, adviseert Anrijs. Ga zelf niet op jacht. En gebruik ook geen biologische middelen, raadt hij aan. Want dan ontneem je natuurlijke vijanden de kans om deze plaagdieren te lijf te gaan. Zo is een lieveheersbeestje kampioen luizeneter. Vooral de larven van dit roodzwart gestipte beestje zijn onverzadigbaar. Een larve eet zomaar 600 luizen per dag! Ben je nou ongeduldig en ga je zelf de luizen te lijf met bijvoorbeeld water met afwasmiddel? Dan hebben deze kampioen luizenbestrijders niks meer te eten. En wat hebben ze dan nog te zoeken in je tuin?

Opsmikkelen

Het kan wel een tijdje duren voordat je natuurlijke vijanden in je tuin hebt, waarschuwt Frank Anrijs. Spannend. Ik weet niet of ik wel werkeloos kan toezien als slakken en rupsen mijn groenten dreigen op te smikkelen. Als een ware Sherlock Holmes speur ik elke dag de teeltbedden af. Maar ik ontdek nooit een slak. Tot ik half april een grote krop eikenbladsla oogst en die thuis ga wassen. Als ik de krop in een bak met water laat dansen, blijven er op de bodem vier slakken achter. Drie huisjesslakken en een naaktslak. Ik ben verbijsterd. Huh?! Dus toch? Maar er zit helemaal geen vraat aan de sla. Hoe kan dat dan??

Huisjesslakken zijn geen plaagdieren

Een muur met helpers

Ik ontdek dat huisjesslakken geen plaagdieren zijn. Integendeel. Ze helpen ons want ze eten onder andere eitjes van de naaktslak. Sommige huisjesslakken eten zelfs volwassen naaktslakken.
Dat is goed nieuws! Want in de oude tuinmuur tussen de boomgaard en de moestuin wonen heel veel huisjesslakken. Vandaar dat ik bijna nooit een naaktslak zie! In en op de tuinmuur wemelt het ook van de hagedissen. Die eten luizen, muggen en mieren. Maar ze willen ook nog wel eens een naaktslak verschalken.

Het muurtje blijft

Afgelopen najaar waren we nog van plan om de tuinmuur af te breken. Want ruimtelijk is het fraaier zonder muurtje tussen de boomgaard en de moestuin. Dit voorjaar begonnen we al te twijfelen want er groeien mooie plantjes in de muur. Maar nu weten we zeker dat het muurtje blijft staan. We gaan onze helpers toch niet uit de tuin jagen?

Weet jij het?

Als beginnelingen staan we regelmatig voor raadsels. Meestal bieden onze tuinboeken uitkomst of een moestuingroep op Facebook. Maar het raadsel van onze vijgenboom is nog steeds niet opgelost. In maart kwamen er vruchten en blad aan de vijgenboom. Die groeiden en groeiden. Tot we eind april in de tuin kwamen. Alle vruchten waren weg. Tussen het hoge gras vonden we nog wat verschrompelde exemplaren. Ook bij de meeste vijgenbomen in de omgeving zijn alle vruchten afgevallen.
Rara, hoe kan dat?

10 Replies to “Op je handen zitten”

  1. Hallo, ook hier in Cehegin (Murcia) zien we voor het tweede jaar op rij hetzelfde bij de vijgenboom: aanvankelijk vol met veel belovende vruchtjes die daarna verdwijnen… nu hangt de boom vol met vruchten die met de dag groeien totdat we echt niet meer weten wat we met die overvloed aanmoeten… Wees gerust: de natuur in Spanje neemt het heft in eigen hand en blijft ons verbazen. Groetjes uit het warme zuiden ?

    1. Bedankt voor je reactie, Marion. Goed om te horen dat het ook op andere plekken gebeurt. De Spaanse vijg heeft blijkbaar een eigenwijze groeiwijze. Wel jammer dat we dit jaar geen vijgen hebben. Ik heb er vorig jaar in september heerlijke jam van gemaakt. Groetjes terug uit een inmiddels zonnig noorden

  2. Hou vol, Nanny – je hebt zeker groene vingers!
    Ben je helemaal alleen aan het werk in de moestuin of heeft Jan ook nog ’taken’ hierbij?

    1. Jan werkt ook in de moestuin, Els. Misschien nog wel meer dan ik. Maar hij laat het zaaibeleid aan mij over. Om discussies te voorkomen 🙂

  3. O wat sneu…Nu het een kouder voorjaar was dan normaal is dat misschien de oorzaak? Ik vond bij Stadstuinieren: ” De jonge embryovruchten in de toppen van de takken zijn extra gevoelig koude en vooral vrieswind. Die kun je eventueel tijdelijk inpakken in vliesdoek of hang oude wollen sokken over de toppen en zet deze vast met een wasknijper.”
    Dat wordt dan sokken sparen?
    https://stadstuinieren.nl/inspiratie/succes-met-vijgen/

    1. Bedankt voor de tip en de link, Annemiek. Ik zie het al voor me: een boom vol sokken ?
      Laten we hopen dat kou niet de oorzaak was. Dat wordt dan elk jaar een heel gedoe!! De boom is meer dan vier meter hoog. Maar ik vermoed dat het niet door de kou omdat het pas eind april gebeurde…

  4. Hallo Nanny,

    Van jou verhaal ook weer wat geleerd. Jij hebt een boek, wij hebben onze buren die instructies geven wat we moeten doen. Bij ons ook geen gif. Enige wat de buurman komt doen is iets van voeding. De vijgen; ik heb er geen verstand van, wat ik begrijp van de buren is dat als de vijgen rijp zijn je snel moet zijn omdat anders de vogels er mee vandoor gaan. Rijp zijn ze nu nog niet en ik neem aan dat dat bij jullie ook nog niet het geval was. Misschien zijn efr vogels die het ook gemunt hebben op vijgen die nog niet rijp zijn?

    Groeten,
    Rob

    1. Hoi Rob,
      Vorig jaar in september hebben we inderdaad gemerkt dat vogels houden van vijgen. Van ons mogen ze best een deel hebben. Zeker vijgen waar we zelf moeilijk bij kunnen (boom is 5 meter hoog). Maar het waren beslist geen vogels. De vruchten die we onder de boom vonden, waren niet aangepikt.
      We hebben een boekenplank met tuinboeken meegenomen over permacultuur, bodemleven etc. Ik haal daar veel kennis uit. Maar het praktisch tuinieren moet je met vallen en opstaan leren, denk ik.
      Groetjes uit Asturias, ook aan Sol

  5. Hoi Nanny, ik zie je zagen. Is dat in conifeerhout? Wat zul je extra sterk zijn geworden. En Jan lekker geoorLOOFd (leuk woord in dit verband?) fikkie stoken, wat een plezier. Een schitterende hof als je het mij vraagt en wat een ontdekkingen. Dank ook voor de foto’s. Liefs vanuit hier.

    1. Hoi Lieke, al dat klussen is zeker niet verkeerd voor mijn armspieren ? Die waren wat onderontwikkeld vergeleken met de beenspieren. Het is kastanjehout dat ik aan het doorzagen ben. Dat gaat heel lang mee, vandaar dat we dat hebben gekocht. Ik vermoed dat je ook best even fikkie had willen stoken met Jan ? Al dat ontdekken is inderdaad fantastisch. Groetjes van ons

Comments are closed.